Informatie

Vooral in de periode 1750-1775 was in gegoede kringen borduurwerk in bundelsteek of rococosteek populair. Het werd gebruikt voor muiltjes, tasjes of bijvoorbeeld boekbandjes. Het is een steek die de ondergrond helemaal bedekt met ruitvormige vlakjes. Van het losgeweven linnen is dan niets meer te zien. Het meisje I.P. borduurde motieven die ook in kruissteek op merklappen voorkomen zoals fruitmanden. De andere patronen zijn bedoeld om te herhalen tot een doorlopend patroon. De steken worden meestal over vier draden gewerkt, linksonder heeft ze enkele motiefjes heel klein over twee draden geborduurd.

Uitgelicht!

Geen Uitgelicht! beschikbaar

Kenmerken

• merklap

• T1957-181

• Ottema-Kingma Stichting

• 1. Initialen maakster : IP2. Datering :3. Overige initialen :4. Overige tekst :

• 35.5 x 36.0 cm

• bundelsteek
• platsteek

• geometrie
• mand met bloemen
• fruitmand
• bloem
• hart

• zijde
• linnen