Collectie publiek: A.S. 1743, eigendom van Hilda Bouta

Merklap

Reacties

Er zijn bij deze merklap nog geen reacties geplaatst

Informatie

Deze merklap heeft duidelijk Friese kenmerken in alfabetten en motieven. De alfabetten staan op rijen; hier maar liefst tien, steeds oplopend in moeilijkheidsgraad. Op Friese doeken staan veel dingen uit het gewone leven: vogels, hondjes, rijtuig, molen, touwtjespringende kinderen. Ook zaken van de goede huisvrouw: wieg, linnenkast, spinnenwiel, naaimand, potten en pannen, brood bakken, rakel, vuurtang. Natuurlijk ook verwijzingen naar het huwelijk: huwelijkshandschoenen (naast de touwtjespringers), harten, een doorboord hart met A.S. en kroontje De geborduurde kerk is niet zomaar een kerk, maar heeft uiterlijke kenmerken van de eigen dorpskerk. In dit geval mogelijk de kerk van Wierum. De maakster moest leren netjes te werken, te tellen (om het patroon op de stof te krijgen moet je steeds tellen hoeveel steken je moet maken), te lezen (alfabet), geduldig zijn (het duurt heel lang voor je zoiets af hebt), ijverig zijn. En dat allemaal op heel jonge leeftijd van 8 tot 15 jaar! Daar was ik erg verbaasd over. De maakster zette haar initialen vaak meerder malen op de doek, met verschillende letters. Maar vrijwel altijd centraal en in de buurt van het jaartal, met een groter patroon tussen de twee letters in. Na even zoeken vind ik A.S. 1743. Het staat er nog een paar keer, maar dan klein. In 1743 werden er in Friesland weinig achternamen gebruikt, wel de patroniem. A. is dus de voornaam van het meisje; ze is dochter van vader S. Gezin. En dat blijkt te kloppen, want ze heeft meteen de initialen van het hele gezin erop gezet. Vader is S.I. (of liever S.J., want de I wordt ook als J gebruikt); moeder is M.E.; dan komen de 7 kinderen: IS(of JS), T.S., A.S., R.S., V.S.(of U.S.), weer een A.S. en als jongste O.S. De personen op het schip zijn hier vast de gezinsleden. Dat is niet altijd zo bij een afgebeeld schip maar soms wel. Als we ervan uitgaan dat de maakster A.S. in 1743 tussen 8 en 15 jaar is moet ze tussen 1728-1735 geboren zijn. Dan zoek ik dus een echtpaar dat ongeveer tussen 1720 en 1740 7 kinderen heeft laten dopen. Mogelijk was er nog een dood kind (rechts net buiten de boot, vaag). Genealogie. Vaak werden letterlappen via de vrouwelijke lijn vererfd. De grootmoeder gaf het aan haar kleindochter, voor wie het vaak een voorbeeld was, als ze haar eigen merklap moest maken. Maar dat was lang niet altijd het geval. Ik vermoed dat mijn merklap wel via de mannelijke lijn doorgegeven kan zijn. Mogelijk is de lijn terug te volgen tot de vermoedelijke broer van de maakster. -Hilda Bouta (Sassenheim1952-heden) ;dochter van -Minne Bouta (Leiden 1920-Neerijnen 1988) en Elisabeth de Vos (Leiden 1920-Neerijnen 2003); zoon van -Sypkje Willems van der Zee (Wierum1894 -Leiden1966) en Jan Minnes Bouta (Nes1893- Leiden1983); dochter van -Willem Sybes van der Zee (Wierum 1854-1918) en Hiltje Tjipkes Poutsma (Wierum1856-1914);zoon van -Sybe Jans van der Zee (Wierum1823-Wierum1896) en Gertje Willems Dijkstra (Wierum 1827-1908); zoon van -Jan Eintes van der Zee (Wierum1783-1825) en Sypkje Sipkes Visser ((Wierum1790-1861); zoon van -Einte Jans (Wierum 1754-1825) en Rixtje Sapes (Wierum1752-1811); zoon van -Jan Sybes ( ?- Wierum1780) en Dirkje Eintes ( ?- Wierum1787) Deze Jan Sybes (J.S.) was mogelijk de oudste broer van de maakster van mijn merklap. Qua tijd zou dat aardig kloppen. De letters T.E. in de linkeronderhoek zijn waarschijnlijk door een latere eigenares toegevoegd. Over deze merklap is een artikel verschenen in De Sneuper nr. 105 (2012).
Impres Internet Groep B.V. te Zwolle